Gods genade en barmhartigheid zijn zichtbaar; zijn wil tot verzoening volgen, ook in uiterste situaties
Dit motto is gebaseerd op onder meer de volgende bijbelverzen:
“U hebt gehoord dat er gezegd is: U moet uw naaste liefhebben en uw vijand moet u haten.
Maar Ik zeg u: Heb uw vijanden lief; zegen hen die u vervloeken; doe goed aan hen die u haten; en bid voor hen die u beledigen en u vervolgen;
zodat u kinderen zult zijn van uw Vader, Die in de hemelen is, want Hij laat Zijn zon opgaan over slechte en goede mensen, en laat het regenen over rechtvaardigen en onrechtvaardigen.”, volgens Mattheüs 5: 43-45, HSV.
“Toen Jezus verder trok naar Jeruzalem, nam Hij de twaalf leerlingen apart, en onderweg zei Hij tegen hen: ‘Kijk, we gaan op naar Jeruzalem, en de Mensenzoon zal overgeleverd worden aan de hogepriesters en schriftgeleerden, en ze zullen Hem ter dood veroordelen. Ze zullen Hem overleveren aan de heidenen om Hem te bespotten, Hem te geselen en te kruisigen, en op de derde dag zal Hij tot leven gewekt worden.’”, volgens Matteüs 20: 17-19, WV.
“Er werden ook nog twee misdadigers weggevoerd om samen met Hem ter dood te worden gebracht. Toen ze op het zogeheten Schedelveld kwamen, sloegen ze Hem daar aan het kruis, en ook die twee misdadigers, de een rechts en de ander links van Hem. Jezus sprak: ‘Vader, vergeef het hun, want ze weten niet wat ze doen.’ (…)”, volgens Lucas 23: 32-34, WV.
“Nadat David was uitgesproken, vroeg Saul: ‘Is het jouw stem die ik daar hoor, David, mijn zoon?’
Toen barstte hij in tranen uit en zei: ‘Jij staat meer in je recht dan ik, want jij hebt kwaad met goed vergolden.
Je hebt zojuist getoond dat je het goed met me voorhebt: de HEER had me aan jou uitgeleverd, en toch heb je me niet gedood.
Wie laat ooit zijn vijand gaan als hij hem op zijn weg vindt? Moge de HEER je belonen voor wat je vandaag voor mij hebt gedaan.”: 1 Samuël 24: 17-20, NBV.